Inhoudsopgave

    Fietsen

    Samengevat

    O zo Hollands: tegen de wind in fietsen. Net als overal je fiets maar neerzetten. Fietsen is handig, leuk en gezond. In Nederland zijn de afstanden relatief kort en de fiets is daarom een fijn vervoermiddel.

     

    Bijna iedereen is in staat om te fietsen. Het resultaat is dat er in Nederland naar schatting meer fietsen dan mensen zijn: 19 miljoen. De fiets wordt met name gebruikt om naar het werk te gaan, naar school  of om nog snel even een boodschap te doen.

    Omdat er zoveel fietsen zijn, vraagt dit om aandacht bij de inrichting en het beheer van de openbare ruimte. Denk daarbij aan verkeersveiligheid, stalling, parkeren en sinds kort ook oplaadpunten voor elektrische fietsen.

    Behalve praktisch, is de fiets ook een manier om te sporten: wielrennen, mountainbiken, et cetera. Dat stelt ook weer eisen aan de openbare ruimte.

    Foto: Doelbeelden.nl, Martijn Lammerts

    Waterfietsen, die laten we hier buiten beschouwing. En luchtfietsen doen we ook niet. 

    Fietsen geparkeerd in Utrecht in 2014. Foto door Lex Stax

    Fietsen gebeurt in de openbare ruimte. Daar zijn ook andere verkeersdeelnemers. Op Rechten van de Fietser is hiertoe de 'Universele Verklaring van de Rechten van de Fietser' opgenomen. 

    Bewonder in het volgende filmpje de kunst van het fietsen in de openbare ruimte. 

    http://www.youtube.com/watch?v=yh_13xg4Wpg

    Fietsen in plaats van autorijden is een bijdrage aan duurzaamheid. De positie van de fietser in het verkeer is geregeld in de Regeling voertuigen en wel in Afdeling 9 'Fietsen'. De elektrische fiets is in de Wegenverkeerswet 1994 omschreven in Artikel 1 ea. Verder stelt de Wegenverkeerswet 1994 algemene eisen aan de fietsers.

    Wetgeving

    De wetgeving gaat enerzijds over het voertuig dat fiets heet. En anderzijds over de bestuurder en de aansprakelijkheid daarvan in het verkeer. Tenslotte handelt wetgeving over de juridische basis voor toezicht en handhaving.

    Regeling voertuigen

    De fiets is een voertuig in de zin van de wet, en ook in praktische zin. In de Regeling voertuigen is de fiets omschreven in Afdeling 9 'Fietsen'. Enkele eisen staan hieronder:

    Artikel 5.9.6:

    • Fietsen op twee wielen mogen niet breder zijn dan 0,75 m
    • Fietsen op meer dan twee wielen en fietsen met zijspanwagen mogen niet breder zijn dan 1,50 m.

    ​Artikel 5.9.51:

    • Fietsen op twee wielen moeten zijn voorzien van:
    1. één rode retroreflector aan de achterzijde van het voertuig;
    2. witte of gele retroreflectoren aan de wielen, en
    3. vier ambergele of gele retroreflectoren aan de trappers.
    • Fietsen op meer dan twee wielen moeten zijn voorzien van:
    1. een rode retroreflector aan de achterzijde van het voertuig;
    2. een naar voren gerichte witte retroreflector indien de fiets breder is dan 0,75 m en is voorzien van één voorwiel;
    3. witte of gele retroreflectoren aan de wielen, en
    4. vier ambergele of gele retroreflectoren aan de trappers.

    Artikel 5.9.71:​

    • Fietsen moeten zijn voorzien van een goed werkende bel

    Elektrische fiets

    Een elektrische fiets is in de Wegenverkeerswet 1994 als volgt omschreven:

    Artikel 1 ea:

    • Fietsen met trapondersteuning: fietsen die zijn voorzien van een elektrische hulpmotor met een nominaal continu vermogen van maximaal 0,25 kW en waarvan de aandrijfkracht geleidelijk vermindert en tenslotte wordt onderbroken wanneer het voertuig een snelheid van 25 km/h bereikt, of eerder, indien de bestuurder ophoudt met trappen

    Daarmee is de elektrische fiets die hieraan voldoet, gelijkgesteld met een gewone fiets. Ter informatie: 0,25 kW komt overeen met 1/3 pk. 

    Eisen aan de bestuurder

    De wetgeving stelt in de Wegenverkeerswet 1994 in artikel 5 algemene eisen:

    Het is een ieder verboden zich zodanig te gedragen dat gevaar op de weg wordt veroorzaakt of kan worden veroorzaakt of dat het verkeer op de weg wordt gehinderd of kan worden gehinderd.

    Verder stelt de Wegenverkeerswet 1994 in artikel 185 lid 1 het volgende:

    Indien een motorrijtuig waarmee op de weg wordt gereden, betrokken is bij een verkeersongeval waardoor schade wordt toegebracht aan, niet door dat motorrijtuig vervoerde, personen of zaken, is de eigenaar van het motorrijtuig of - indien er een houder van het motorrijtuig is - de houder verplicht om die schade te vergoeden, tenzij aannemelijk is dat het ongeval is te wijten aan overmacht, daaronder begrepen het geval dat het is veroorzaakt door iemand, voor wie onderscheidenlijk de eigenaar of de houder niet aansprakelijk is.

    Daarin staat eigenlijk dat de zwakkere verkeersdeelnemer, de fietser, wordt beschermd. In artikel 185 lid 4 staat: 

    Dit artikel laat onverkort de uit andere wettelijke bepalingen voortvloeiende aansprakelijkheid.

    Daaruit vloeit voort dat de zwakkere deelnemer beschermd is, tenzij er op grond van bijvoorbeeld onverantwoordelijk gedrag sprake is van een gewijzigde aansprakelijkheid. 

    Bebording

    De bebording voor fietspaden moet voldoen aan het 'Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990'. Dit reglement is samengevat in 'Verkeersborden en Verkeersregels in Nederland' (Rijksoverheid, 2014)

    Verkeersovertredingen

    Voor lichte verkeersovertredingen is veelal de 'Wet Mulder' (ofwel de Wahv)van toepassing. Dit zijn de bekende boetes met acceptgiro van het CJIB met daarop een 'M'. Zwaardere overtredingen zijn geen boetes meer, maar strafbare feiten. Hiervoor ontvangt met een strafbeschikking. Daarop staat de letter 'O'. De hoogte van de boetes is vastgelegd in het 'Feitenboekje'. Zie ook het onderwerp 'Handhaving'.

    Overtreding van de Gemeentelijke verordening

    De Gemeentewet is de basis voor handhaving van overtredingen. De Wet Bestuurlijke Boete Overlast in de openbare ruimte (BBOOR), neergelegd in de artikelen 154b ev. van de Gemeentewet, geeft gemeenten een zelfstandige bevoegdheid om op te kunnen treden tegen veel voorkomende en overlastveroorzakende, lichte overtredingen, van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en de afvalstoffenverordening (Asv).

    Artikel 154 van de Gemeentewet bepaalt dat bij overtredingen van verordeningen boetes gemeenten boetes mogen opleggen. Deze straffen worden meestal opgelegd door het OM, de politie of een boa. Politie en boa's kunnen voor OM-feiten niet zelf een strafbeschikking uitvaardigen. Ze kunnen ze wel aanleveren aan het OM. Ze hebben wel de bevoegdheid om zelf politiestrafbeschikkingen uit te vaardigen. Voor wat betreft de handhaving door de bijzonder opsporingsambtenaar (BOA)  geldt dit alleen voor bepaalde feiten.

    Parkeren, wrakken

    De Gemeentelijke Verordening/Algemene Plaatselijke Verordening is een geschikte manier om een aantal zaken te regelen zoals parkeren, weesfietsen, fietswrakken en de handhaving.

    Parkeren

    Denk hierbij aan speciale regels rond het parkeren bij stationsgebieden of uitgaanscentra. Enkele voorbeelden:

     

    Weesfietsen

    Dit zijn bruikbare fietsen die al langere tijd niet zijn gebrukt. Daarmee nemen de fietsen plekken in gebruik die daar niet voor bedoeld zijn. In de verordening kan bijvoorbeeld worden geregeld dat 'Het college kan plaatsen aanwijzen waar het in de fietsparkeervoorzieningen op de openbare weg verboden is een fiets langer dan vier weken onafgebroken te stallen'. Dan is er een juridische basis om fietsen die langer zijn geparkeerd, te verwijderen. 

    Fietswrakken

    Fietswrakken kunnen niet zo maar verwijderd worden door de beheerder. De spelregels hiervoor moeten in bijvoorbeeld de verordening staan. In Amsterdam worden fietswrakken eerst voorzien van een sticker alvorens verwijderd te worden. Daarop staat dat een fiets na een beplaade tijd wordt verwijderd. De eigenaar kan de fiets, na betaling van de door de beheerder gemaakte kost, terugkrijgen. Zo niet, dan wordt de fiets verkocht.

    Regels voor fietsparkeren in Amsterdam. Foto door Lex Stax

    Handhaving

    De gemeente kan handhaven op grond van de gemeentelijke verordening. Waarop wordt gehandhaafd dient in de gemeentelijke verordening geregeld te zijn. Denk daarbij aan parkeren en aan weesfietsen. 

    Voor handhaving is een handhavingsbeleid en -plan noodzakelijk. Enkele voorbeelden van plannen die zijn gericht op fietsers: 

    Da's duidelijk: hier mag je in Amsterdam je fiets níet parkeren. Foto door Lex Stax

    Een handig overzicht van de juridische aspecten van handhaving op fietsparkeren is gegeven in 'Juridische aspecten handhaving op fietsparkeren' (Fietsberaad, 2012). Ook het rapport 'Verwijderen van fietsen' (2014) van de Rekenkamer van de gemeente Amsterdam geeft inzicht in de juridische aspecten die komen kijken bij goed en effectief verwijderen van fietsen.

    Zie ook het onderwerp handhaving.

    http://www.youtube.com/watch?v=qr0M2J8o7W4

    Bestemmingsplan

    Een fietspad of -route moet opgenomen zijn in het bestemmingsplan conform de Wet ruimtelijke ordening. Wijzigingen van bestemmingsplannen vallen onder Algemene bepalingen bestuursrecht

    Met de komst van de Omgevingswet zal hierin het een en ander gaan wijzigen.

    Technische eisen aan laadpalen

    Laadpalen moeten veilig zijn. Ze worden aangesloten op het laagspanningsnet (230 Volt). Daarmee moeten ze voldoen aan onder andere de NEN 1010 en de NEN-EN 50565. NEN werkt aan richtlijnen voor laadpalen en het veilig werken met laadinstallaties.

    Burgerlijk wetboek

    Het Burgerlijk wetboek schrijft in Boek 6 in Artikel 174 het volgende betrekking hebbende op verkeersveiligheid:

    Artikel 6:174 BW

    1. De bezitter van een opstal die niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen, en daardoor gevaar voor personen of zaken oplevert, is, wanneer dit gevaar zich verwezenlijkt, aansprakelijk, tenzij aansprakelijkheid op grond van de vorige afdeling zou hebben ontbroken indien hij dit gevaar op het tijdstip van het ontstaan ervan zou hebben gekend.
    2. Bij erfpacht rust de aansprakelijkheid op de bezitter van het erfpachtsrecht. Bij openbare wegen rust zij op het overheidslichaam dat moet zorgen dat de weg in goede staat verkeert,  et cetera....

    Dat betekent dat de eigenaar van het fietspad aansprakelijk is als er een gebrek is (glad, een gat in de weg, slechte verlichting of bebording). Hier is sprake van risicoaansprakelijkheid. Dat betekent dat de weggebruiker niet de schuld van de webeheerder moet aantonen maar enkel de gevaarlijke toestand en het daaruit resulterende gevaar. Voor de wegbeheerder geldt een inspanningsverplichting. De openbare weg hoeft niet in een uitstekende toestand te verkeren. Goed waarschuwen kan ook voldoende zijn om het risico voor de eigenaar van de weg te beperken. Als er heel weinig tijd zit tussen het ontstaan van een gebruik en een optredend gevaar, dan is de wegbeheerder niet aansprakelijk. 

    Ook kan de eigenaar aansprakelijk zijn als voorzieningen onvoldoende of op een misleidende manier functioneren. Dit is omschreven in Artikel 6:162 BW:

    Artikel 6:162 BW

    1. Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden toegerekend, is verplicht de schade die de ander dientengevolge lijdt, te vergoeden.
    2. Als onrechtmatige daad worden aangemerkt een inbreuk op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, een en ander behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.
    3. Een onrechtmatige daad kan aan de dader worden toegerekend, indien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak welke krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt.

    In het artikel is voor het aansprakelijk kunnen stellen een oorzakelijk verband noodzakelijk tussen de onrechtmatige gedraging (dus: geen goede verlichting terwijl er wél verlichting moest zijn of niet gestrooid terwijl dat wel had gemoeten) en de ontstane schade.

    Het uitgangspunt van relativiteit wordt gebruikt: het risico wordt afgewogen tegen de omvang van de zorg. Er is sprake van aansprakelijkheid als het genomen risico onaanvaardbaar is. Bij het vaststellen van vergoeding van schade kan de eigen schuld van de benadeelde worden verminderd op de uit te keren vergoeding conform Artikel 6:106 Burgerlijk Wetboek

    Door goed onderhoud te plegen en goed onderbouwde plannen te maken conform geldende regels en voorschriften (bijvoorbeeld rationeel wegbeheer), een goed systeem van melden en afhandelen van klachten, kan de aansprakelijkheid sterk beperkt worden. Daarbij dient dus rekening gehouden te worden met de actuele richtlijnen en voorschriften.

    Beleid

    Resultaat van goed beleid

    Fietsen gaat bijna vanzelf. Maar met goed beleid gaat het nog beter. In Nederland is veel kennis over fietsen beschikbaar. Dat is onder andere vastgelegd in beleid. Goed beleid leidt tot een goede openbare ruimte om te fietsen. In 2014 is Zwolle gekozen tot de beste fietsstad van Nederland.

    http://www.youtube.com/watch?v=NrUjeyh33UI

    Waaróm Zwolle fietsstad 2014 is geworden, dat laat het volgende filmpje zien.

    http://www.youtube.com/watch?v=0-qzy1MijHQ

    Fietsbeleid

    Provincies kunnen specifiek beleid voor fietsers maken. Echter, meestal is dit onderdeel van het Provinciaal Verkeer- en VervoerPlan (PVVP).  Gemeenten hebben hiervoor het Gemeentelijke Verkeer- en VervoerPlan (GVVP).

    De duurzaamheid wordt bevorderd met een goed beleid en een goede LIORKpVV heeft hiervoor in 2014 het rapport 'Duurzaam mobiliteitsbeleid voor gemeenten' opgesteld. Voorbeelden van fietsbeleid staan hieronder. Dit betreft voorbeelden van provincies en van gemeenten.

    Fietsbeleid zal normaal gesproken onderdeel zijn van een integraal vervoersbeleid, ook wel mobiliteitsbeleid genoemd. Een voorbeeld daarvan is het beleid van de gemeente Nieuwegein (2013). Hieronder is het beleid met alle bijlagen weergegeven:

    Veilig fietsen

    Fietsen is leuk. Maar veiligheid is dan wel belangrijk. De VNG heeft de 'Modelaanpak Veilig Fietsen' (2013) opgesteld. Hiermee krijgt men handvatten om een aanpak te maken of om beleid te versterken. De modelaanpak bestaat uit:

    Het Fietsberaad heeft in 2013 de publicatie 'Fietsveiligheid Best practices Nederlandse Gemeenten in 2012'  uitgegeven. 

    Voor tunnels heeft de gemeente Oss de brochure 'Fietstunnels Wat is veilig en wat niet?' opgesteld. Deze brochure geeft ontwerp handvatten voor sociale veiligheid voor fietsers in een tunnel.

    De SWOV heeft de volgende publicaties uitgebracht over verkeersveiligheid en over fietsen:

    Ontwerpeisen

    De ervaring die er in Nederland is met fietsen is verwerkt in de 'Ontwerpwijzer fietsverkeer' (2006, CROW-publicatie 230) van het CROW. N.b.: deze publicatie wordt momenteel (dat is begin 2015) herzien.

    De verkorte inhoudsopgave staat hier onder:

    1. Planning van fietsvoorzieningen
    2. Functioneel ontwerpen
    3. Basisgegevens
    4. Netwerken en routes
    5. Wegvakken
    6. Kruispunten
    7. Uitvoering, onderhoud en aankleding
    8. Fietsparkeren
    9. Evaluatie en beheer
    10. Literatuur

    In publicatie 279 'Karakteristieken van voertuigen en mensen' van het CROW zijn basisgegevens opgenomen voor voertuigen. Daar vallen fietsers in diverse varianten (standaard, ligfiets, bakfiets, aanhanger achter fiets) ook onder. Voor bruggen heeft CROW publicatie 342: 'Ontwerpwijzer bruggen voor langzaam verkeer' (2014). Voor snelle fietsroutes is er van CROW het 'Inspiratieboek snelle fietsroutes' (2014, publicatie 340).

    Ten slotte heeft CROW het standaardwerk 'Handboek wegontwerp 2013' (2013, publicatie 330)

    http://www.youtube.com/watch?v=dwmvGiJw40Q

    http://www.youtube.com/watch?v=916INotrkpI

    Uiteraard kunnen beheerders ook eigen eisen stellen aan wegen en fietspaden. Enkele voorbeelden daarvan:

    Het vademecum wordt "uitgegeven" door mobielvlaanderen.be.

    In een LIOR staan ook ontwerpeisen. Ondanks de uitgangspunten, kunnen fietspaden toch niet voldoen. Dat blijkt uit bijvoorbeeld het artikel van Karin Boer 'Veel asfalt maar te smal' (2010).

    De eisen veranderen. Denk maar aan e-bikes die met hogere snelheden rijden.

    Het Fietsberaad stelt dat een fietsstrook breed genoeg moet zijn om met twee fietsen veilig naast elkaar te kunnen fietsen (zie het artikel van Karin Broer 'Geen smalle fietsstroken meer' (2014)). Dit artikel is opgesteld naar aanleiding van de discussienototie van het Fietsberaad 'Dscussienotitie fiets- en kantstroken' (2014). 

    Fietssnelweg/snelfietsroute

    Een fietsnelroute is een snelle verbinding per fiets met goede bewegwijzering zodat de route zonder voorbereiding gereden kan worden. Eigenschappen zijn: altijd voorrang, vloeiende bochten, vrij van obstakels, asfalt, goede bewegwijzering en zo mogelijk ook geen auto's die kunnen hinderen en geen brommers.

    Voor snelle fietsroutes is er van CROW het 'Inspiratieboek snelle fietsroutes' (2014, publicatie 340). De stichting Landelijk Fietsplatform heeft in 2011 de adviesnota 'Recreatieve fietsroutenetwerken'  opgesteld. De nota bevat adviezen voor beheer, productontwikeling en promotie van het landelijke fietsroutenetwerk en de knooppuntnetwerken.

    MKBA

    En dat is de afkorting van Maatschappelijke kosten- en batenanalyse. Dat geeft aan wat het instrument MKBA kan doen. Voor fietsen is hiervoor in 2012 het rapport 'Maatschappelijke kosten en baten van de fiets' (Decisio, 2012) opgesteld. Dit document legt uit hoe een MKBA gedaan moet worden en wat de achtergronden zijn. 

    Het Fietsberaad heeft dit document verder uitgewerkt tot een webtool: de 'webtool MKBA fiets'. 

    Elektrische fietsen

    Elektrische fietsen zijn bezig aan een opmars. Dat heeft invloed op het beleid. Jolanda Smit - van Oijen et al wijzen hier op in het artikel 'De elektrische fiets vraagt om een upgrade van het fietsbeleid' (2013). 

    Meer elektrische fietsen betekent ook dat er meer voorzieningen gewenst zijn voor het opladen van de fietsen tijdens het parkeren: laadpalen. Voor auto's zijn de technische eisen aan laadpalen beschreven in de CROW-publicatie 'Oplaadpunten voor elektrische auto's in de openbare ruimte' (2013). De veiligheidsrisico's van elektrische voertuigen (met name auto's) zijn beschreven in het TNO-rapport 'Plattegrond veiligheid elektrische voertuigen 2020' (2013).

    Parkeren van fietsen

    Norm voor parkeersystemen

    Door de stichting FietsParKeur zijn twee normen ontwikkeld voor parkeersystemen voor fietsen. Het betreft de volgende normen:

    De stichting FietsParKeur bevordert sinds 1999 goede fietsparkeervoorzieningen (fietsenrekken, fietsenstallingen et cetera). De kwaliteitseisen van FietsParKeur staan in de bovengenoemde normstellende documenten. Deze normen hebben geen wettelijke verankering. 

    Meer informatie over deze stichting en over de stand van zaken van fietsparkeren vindt u in het rapport '15 jaar FietsParKeur' (Fietsersbond, 2014).

    Fiets parkeren

    Fietsen is populair. Zo populair dat in Utrecht, bij het centraal station, de grootste fietsenstalling ter wereld gebouwd gaat worden. Voor maar liefst 12.500 fietsen.

    http://www.youtube.com/watch?v=ynIRAhoqoBc

    Tot die tijd gaat het parkeren nog zo.

    Foto door Lex Stax: fietsparkeren in Utrecht in 2014

    De druk van het parkeren heeft de gemeente Utrecht in de periode van 2009 tot en met 2013 regelmatig onderzocht. Bijvoorbeeld in het rapport 'Fietsparkeerdrukonderzoek november 2013' (2014, Groen Licht Verkeersadviezen). Hierbij moet ook gekeken worden naar de parkeernormen. Voor fietsen zijn er de volgende rapporten:

    Omdat de overlast door het parkeren van fietsen groot kan zijn, kan beleid hiervoor nuttig zijn. Enkele voorbeelden:

    Fietsers hebben niet altijd een automatische neiging de fiets netjes te parkeren. De gemeente Utrecht heeft voor de binnenstad onderzoek laten doen naar het effect van fietsparkeervakken in 'Evaluatie Fietsparkeervakken binnenstad Utrecht' (2013).

    Beleid en monitoring

    Beleid maken is mooi en noodzakelijk. Beleid kan pas op het effect beoordeeld worden als er monitoring op plaats vindt. Zie voor meer informatie over monitoring en over het monitoren van beleid hier. De beleidscyclys en de beheercyclus moeten op elkaar aansluiten. Anders kan er geen effectief beleid worden gemaakt en kan het beheer van de fietsvoorzieningen evenmin effectief zijn. In ieder geval is het effect dan onbekend.

    Beheer

    Parkeernormen voor fietsen

    Voor auto's worden parkeernomen gehanteerd. Dat is ook voor fietsen het geval. In de regel wordt dan uitgegaan van: als er een hoge norm is voor fietsparkeren, dan is de norm voor autoparkeren lager. De gemeente Utrecht hanteert in haar normen het uitgangspunt dat een fietsparkeernorm een minimum is. 

    Laadpalen E-fietsen

    Steeds meer E-fietsen komen er in het verkeer. Dat maakt net noodzakelijk dat er meer laadpunten komen. Bij restaurants en andere stopplaatsen komen ze. Dan vallen ze onder particulier beheer. Laadpalen in de openbare ruimte zijn er ook. Dan is de beheerder aansprakelijk. 

    Laadpaal voor electrische fietsen in Boxmeer. Foto door Lex Stax

    Het beheer (en eventueel ook de exploitatie) van laadpalen kan uitbesteed worden aan marktpartijen als onderdeel van regisseren.  

    Gladheid en strooien

    In de winter kan fietsen een hachelijke bezigheid zijn bij gladheid. CROW heeft in 2013 de publicatie 'Gladheidsbestrijding voor fietsers en voetgangers' opgesteld. Hierin wordt, specifiek voor de fietsers, beleid en uitvoering bij elkaar gebracht voor de gladheidbestrijding.

    De beheerder van de openbare ruimte heeft de wettelijke taak om fietsroutes te beheren. Daar hoort gladheidsbestrijding bij. Iedereen snapt dat als het enorm heeft geijzeld, niet alle fietspaden er 's ochtends perfect bij liggen. Maar onder normale omstandigheden hoeft men geen glad fietspad te verwachten. Zie ook onder '2 Wetgeving' over de aansprakelijkheid. Voor de gladheidbestrijding zal de beheerder een uitvoeringsplan hebben. Enkele voorbeelden:

    CROW heeft in publicatie 334 'Gladheidbestrijding voor fietsers en voetgangers' (2013) suggesties gedaan voor het gladheidsbestrijdingsplan en het beleid daarvoor. 

    De gemeente Zaanstad maakt het melden van gladde fietsroutes gemakkelijk: www.gladdefietsroutes.nl/zaanstad. Ook de gemeente Eindhoven doet mee aan digitaal melden van gladde fietsroutes.

    Een andere manier om gladheid op fietspaden tegen te gaan is een verwarmd fietspad. Dat ligt, als proefproject, in de gemeente Wageningen. De warmte is in de zomer in de bodem opgeslagen.

    Verwarmd fietspad in de sneeuw. Foto: Fietsberaad

    Rationeel beheer van fietspaden

    Hierboven is een aantal aspecten van beheer van fietspaden en -voorzieningen genoemd. Dit beheer kan het beste in samenhang en systematisch worden uitgevoerd: rationeel beheer. Rationeel beheer (ook wel IBOR genoemd) wordt, mede dankzij computersystemen, sinds de jaren '80 de standaard. Inmiddels is rationeel beheer steeds meer 'asset management' geworden.

    De essenties van rationeel beheer staan evenwel nog steeds overeind. Lees meer hierover in een wel wat verouderde maar nog steeds interessante CROW-publicatie 'Rationeel beheer van fietspaden' (1995). het hierin genoemde fietscomfort kan worden bepaald met het gratis 'Fietscomfortmetingmodel' (2012) van CROW.

    De gemeente Ede heeft voor haar zandwegen, waartoe ook veel fietspaden behoren, een speciaal document opgesteld: 'Nota Zandwegen' (2009).

    Samenwerken in beheer

    Meerdere organisaties hebben belang bij goede fietsroutes. Denk aan bedrijven die mee willen werken aan fietsen door medewerkers, organisaties die betrokken zijn bij recreatie en bedrijven minder overlast van fietsen willen. Dan kan gezocht worden naar de gemene delen van gezamenlijk beheer. 

    Inzicht is dan noodzakelijk is de eisen en wensen en in de daarmee samenhangende kosten in inspanningen (ook op langere termijn). Wie wat doet, moet eenduidig zijn vastgelegd. Een voorbeeld is het parkeren bij treinstations. Uiteraard heeft de spoorwegmaatschappij belang bij goed parkeren. Dat geldt ook voor de gemeente. Samenwerking is de (spoor)weg. In het rapport 'Fietsparkeren bij stations' (2010, Berenschot) worden mogelijkheden verkend. Zie ook het  'Handboek weesfietsenaanpak' (2012, Berenschot).

    http://www.youtube.com/watch?v=6g_MnRKcvDc

    Als er een goed beleid is ten aanzien van weesfietsen, is de praktijk soms simpel. Om te weten of een fiets er meer dan vier weken onafgebroken staat zijn slimme trucjes bedacht, zoals een dun touwtje binden tussen fietsframe en wiel of een streep zetten op de achterband en op de grond. Na vier weken wordt vastgesteld welke fietsen al die tijd niet verplaatst zijn. Dan mag de gemeente de procedure starten om de weesfiets weg te halen conform het beleid en de gemeentelijke verordening. Natuurlijk is het belangrijk om bij locaties waar fietsen niet langer dan vier weken mogen staan langs elke aanfietsroute borden neer te zetten waarop dat duidelijk aangegeven wordt.

    http://www.youtube.com/watch?v=aar_7o2-Xr8

    Bestemming van fietswrakken en weesfietsen

    Uiteindelijk heeft de beheerder de fietsen in bezit. In het beleid moet staan hoe wordt gehandeld als de eigenaar de weesfiets alsnog komt ophalen. Denk aan de kosten. Veelal is dit niet het geval. Dan krijgt de weesfiets een nieuw baasje. 

    Origineel Amsterdams fietswrak. Foto door Lex Stax

    De fiets kan dan een nieuw leven krijgen als fiets met een nieuw baasje, als huurfiets of als grondstof.

    Handhaving

    Door een gemeente zal handhaving gebeuren op grond van de gemeentelijke verordening/APV. Zie hiervoor 'Wetgeving' en ook het onderwerp handhaving op deze website.

    Fietspaaltjes

    Fietspaaltjes zijn een aandachtspunt geworden. Paaltjes hebben tot doel om bij te dragen aan de fietsveiligheid. Echter, in een aantal gevallen zorgen ze juist voor onveiligheid. 

    Dat kan zijn doordat ze onhandig zijn geplaatst of gewoon overbodig zijn. Een 'beroemd' geval is een fietspaaltje dat reanimatie heeft vertraagd.

    http://www.youtube.com/watch?v=4GEl-OQGu_c

    Uiteindelijk is het slot uit het paaltje verwijderd. 

    http://www.youtube.com/watch?v=AzacMgaAsSE

    Hier kunnen wensen van bewoners en andere belangen strijdig zijn. 

    Er zijn technische ontwikkelingen met flexibele paaltjes. 

    http://www.youtube.com/watch?v=tFgVisGx7nc

    Hinderlijke, gevaarlijke of overbodige fietspaaltjes kunnen bij de webeheerder worden gemeld. Ook is er de website Fietspaaltjes.

    Duurzaamheid

    Duurzaam en gezond

    Fietsen is duurzaam en gezond. De duurzaamheid zit 'em in het niet rijden in de auto naar je werk. De gezondheid zit in een dagelijkse portie beweging die goed is voor het lichaam. 

    http://www.youtube.com/watch?v=gUrmFBuscps

    De besparing op fossiele brandstof en het gezondheidsvoordeel is makkelijk uit te rekenen met de Fietscalculator van de Fietsersbond

    Niet altijd heeft men een fiets ter beschikking. Daarom is er de OV-fiets. Hier kan men op het station een fiets huren om het laatste stukje reis op twee wielen te doen. 

    Duurzaamheidscriteria voor wegen

    Een fietspad is een weg. Daarom gelden ook hiervoor de criteria voor duurzaam inkopen van wegen (PIANOO) als onderdeel van aanbesteden. Hiervoor zijn de volgende documenten beschikbaar:

    Zie voor informatie over duurzaamheid ook het onderwerp aanbesteden en natuurlijk duurzaamheid

    Groen parkeren

    Fietsen moeten ergens staan. Een fietsenstalling is een logische oplossing om fietsen geordend, veilig en droog te parkeren. Het dak van de fietsenstalling kan een extra functie krijgen als groen dak. Dat draagt bij aan waterberging en klimaatadaptatie. En het groene dak ziet er ook nog eens mooier uit. Op de volgende foto staat een voorbeeld. Hierbij heeft de fietsenstalling een groen dak en een bank.

    Groen dak op een fietsenstalling. Bron: Binder

    Fietswrakken

    Fietswrakken verstoren het straabeeld, bevorderen verloedering en verontreiniging en nemen onnodig ruimte in. Dit is allemaal slecht voor duurzaamheid en uiteraard voor de beeldkwaliteit. Daarom moeten ze verwijderd worden. Een fiets is een fietswrak als aan drie vereisten is voldaan:

    • de fiets is rijtechnisch onvoldoende (er is niet mee te rijden en/of er missen essentiële onderdelen aan);
    • de fiets is verwaarloosd (er is lang niet op gereden en de eigenaar heeft er kennelijk afstand van gedaan);
    • de fiets heeft een geringe economische waarde (opknappen kost meer dan de fiets waard is). 

    Bron: Fietsberaad

    Deze fietsen moeten verwijderd worden. De fietswrakken worden in het volgende filmpje periodiek ingezameld. Dat geeft ruimte en geeft een mooier straatbeeld.

    http://www.youtube.com/watch?v=oSwAPbcaKa0

    De fietswrakken worden als grondstof opnieuw gebruikt. Grachten zijn een populaire 'bewaarplaats' voor fietswrakken.

    http://www.youtube.com/watch?v=BaQsdfiYeSk

    MKBA-tool fietsberaad

    Het Fietsberaad heeft de webtool 'MKBA Fiets' gemaakt. Hiermee kunnen verschillende maatschappelijke kosten-batenanalyses (MKBA's) voor fietsprojecten gemaakt worden. Alle relevante maatschappelijke baten van een project worden in kaart gebracht en vergeleken met de kosten van het project.

     De effecten komen onder één noemer: euro's. Zo is vergelijking van fietsprojecten eenvoudiger geworden. 

    Fietsen stimuleren

    Om fietsen te stimuleren zijn er vele mogelijkheden. Enkele voorbeelden staan hier onder:

    Met de beschikbaarheid van leenfietsen, wordt fietsen bevorderd. Bedrijven kunnen hun werknemers leenfietsen ter beschikking stellen voor de korte afstanden. 

    Houten fietsen

    Normaal gesproken zijn fietsen van metaal. Fietsen kunnen ook van hout worden gemaakt. Hout kán duurzamer zijn dan metaal. Hierover zijn echter geen onafhankelijke studies bekend.  

    http://www.youtube.com/watch?v=rmy7lX7YXwY

    Glow lines

    Een nieuwe ontwikkeling is 'glow lines' als onderdeel van openbare verlichting. Dat is een merknaam voor belijning die overdag zonlicht opneemt en in het donker weer afgeeft. In april 2014 is er een proefvak geopend van 500 m op de N329 bij Oss. 

    http://www.youtube.com/watch?v=wcQEZuchLoM

    Tevens ligt er een proefvak van een fietspad in de gemeente Wageningen. 

    Het is een experiment. De resultaten tot nu toe zijn wisselend en nog niet definitief.

    Glow lines. Foto door Gelderlander

    Door de glow lines kan bespaart men op openbare verlichting en kan de veiligheid toenemen. Over de duurzaamheidsaspecten van de glow lines zelf, is geen informatie gevonden. Voor fietspaden in gebieden waar het lastig is om openbare verlichting aan te brengen, kan dit waardevol zijn.

    Een variant op de glow-lines is hetzelfde, maar dan met lichtgevende steentjes. Een voorbeeld hiervan is het 'Vincent van Gogh fietspad'  in Eindhoven. Het idee komt van de kunstenaar Daan Roosegaarde.

    Vincent van Gogh fietspad. Foto: Brabant.nl

    Fietspad en zonne-energie

    Een fietspad is leuk en veilig. Maar neemt ook veel ruimte in. In Nederland is in Krommenie een fietspad aangelegd met aan de bovenzijde zonne-cellen. Hiermee kan het fietspad stroom opwekken terwijl het daar maar fietspad ligt te zijn. De foto laat de aanleg zien. Dit fietspad is een proefproject om praktijkervaringen op te doen voor de Nederlandse omstandigheden.

    Aanleg SolaRoad. Bron: SolaRoad

    Het idee is bedacht in de Verenigde Staten door het echtpaar Julie und Scott Brusaw. De volgende video gaat over hun uitvinding.

    https://www.youtube.com/watch?v=SNMFKKyFU60

    Kosten

    Kosten van handhaving

    Voor de kosten die samenhangen met de handhaving van weesfietsen is het 'Handboek weesfietsenaanpak' opgesteld. Hierin is zowel een aanpak voor de weesfietsen opgenomen, evenals een model om de kosten hiervan te berekenen. Het handboek met bijlagen staat hieronder:

    De Rekenkamer van de gemeente Amsterdam heeft de kosten en de effectiviteit van handhaving onderzocht in 'Verwijderen van fietsen' (2014).

    http://www.youtube.com/watch?v=XzwCEd6bnqI

    Fietsenstalling

    De kosten die gemoeid gaan met het beheer van een fietsenstalling zijn door Decisio onderzocht in 2014. In opdracht van het Fietsberaad is het rapport 'Financiering gemeente fietsenstallingen'. Hierin wordt inzichtelijk gemaakt welke kosten verbonden zijn aan een fietsenstalling. 

    Fiscale voordelen

    Fietsen naar het werk wordt bevorderd door fiscale voordelen. Zie hiervoor Fietsen naar het werk. Zo mag de werkgever anno 2014 onder voorwaarden een fiets schenken tot een waarde van 749 euro. Kosten van het fietsen mag de werkgever ten laste van de winst brengen tot een bedrag van 454 euro.

    De Werkkostenregeling mag gebruikt worden. Voor de volledige en actuele informatie moet de website van de Belastingdienst worden geraadpleegd.

    Participatie

    Duofietsen

    Fietsen is leuk. Participatie, samen fietsen is nog leuker. In Nederland verschijnen steeds meer duofietsen. Daarmee kunnen oudere mensen of mensen die niet meer zelfstandig kunnen fietsen tóch op de fiets. Dit heet duofietsen. Duofietsen wordt op lokaal niveau georganiseerd. Het filmpje laat zien hoe het werkt en hoe leuk het is.

    http://www.youtube.com/watch?v=X97zHTvoMfs

    Vanwege de aanschafkosten van een duofiets, wordt hier veelal een stichting of een andere rechtspersoon voor opgericht. 

    Gehandicapten

    Ook mensen met een handicap willen fietsen. In veel gevallen is dat mogelijk. Al dan niet met een aangepaste fiets of met begeleiding. Hiervoor kunnen vergoedingen beschikbaar zijn volgens de Awbz.

    http://www.youtube.com/watch?v=Iy_dd-uHlOs

    Fietsles

    Fietsen gaat bijna vanzelf, bijna. Fietslessen voor kinderen of voor volwassenen zijn nuttig om snel én veilig te leren fietsen. Voor mensen die uit het buitenland afkomstig zijn en geen ervaring hebben met fietsen, zijn er ook speciale fietslessen.

    http://www.youtube.com/watch?v=ghXV7hHudQA

    Voor mensen die op een e-bike willen gaan fietsen, zijn er speciale lessen. Juist door de hogere snelheid van deze fiets, is oefening vaak noodzakelijk. 

    http://www.youtube.com/watch?v=4PszsheGADE

    Shared space en placemaking

    De fiets is in Nederland een immer aanwezig onderdeel van het verkeer. Met shared space en placemaking wordt de fietser betrokken bij het ontwerp van de omgeving.

    http://www.youtube.com/watch?v=G_QYNvJs-LU

    Melden

    Bij participatie hoort samenwerking. De Fietsersbond heeft een digitaal meldpunt ingericht om hindernissen in de brede zin des woords te melden. Maar ook ideeën kunnen hier worden gemeld. De fietsersbond stuurt de meldingen door naar de wegbeheerder.

    Daarnaast hebben veel gemeenten digitale meldpunten om beheerkwesties aan te geven. Specifiek voor fietspaaltjes is er de website Fietspaaltjes. Hinderlijke fietspaaltjes kunnen hiermee digitaal worden gemeld. Een aantal gemeenten doet hier aan mee.

    http://www.youtube.com/watch?v=ZVSHdNFkgMU 

    Sociale veiligheid

    CROW heeft voor de hele verplaatsingsketen kennis over sociale veiligheid bij elkaar gebracht in publicatie 237 'Sociale veiligheid in de verplaatsingsketen' (2007). 

    Voor tunnels heeft de gemeente Oss de brochure 'Fietstunnels Wat is veilig en wat niet?' opgesteld. Deze brochure geeft ontwerp handvatten voor sociale veiligheid voor fietsers in een tunnel.

    Fietsen voor goede doelen

    De fiets is ook een goed middel om bij te dragen aan goede doelen. Enkele voorbeelden: